Il coordinamento previsto dall'articolo 50, paragrafo 2, lettera g), del trattato e dal progr
amma generale per l'abolizione delle restrizioni alla libertà di stabilimento, che ha avuto inizio con la prima direttiva 68/151/CEE del Consiglio, del 9 marzo 1968, intesa a coordinare, per renderle equivalenti all’interno della Comunità, le garanzie che sono richieste, negli Stati membri, alle società ai sensi dell’articolo 58, secondo comma, del trattato per proteggere gli interessi dei soci e di terzi , riveste particolare importanza segnatamente per le società per azioni, in quanto l'attività di ques
...[+++]te società è predominante nell'economia degli Stati membri e supera spesso i confini nazionali.Het nastreven van de in artikel 50, lid 2, onder g) van het Verdrag, en in het Algemeen Programma voor de opheffing van de beperkingen
van de vrijheid van vestiging bedoelde coördinatie, die is begonnen met de Eerste Richtlijn 68/151/EEG van de Raad van 9 maart 1968 strekkende tot het coördineren
van de waarborgen, welke in de lidstaten worden verlangd van de vennootschappen in de zin van de tweede alinea van artikel 58 van het Verdrag, om de belangen te beschermen zowel van de deelnemers in deze vennootschappen als van derden, zulks
...[+++]teneinde die waarborgen gelijkwaardig te maken , is van bijzonder belang voor naamloze vennootschappen, omdat deze vennootschappen in de economie van de lidstaten een zeer grote rol spelen en hun werkzaamheden zich dikwijls uitstrekken tot buiten de grenzen van hun grondgebied.