21. sottolinea che il rispetto garantito delle norme esistenti sul traffico migliorerebbe sensibilmente la sicurezza stradale, poiché molti incidenti risultano dal mancato rispetto delle regole del traffico; in particolare, sottolinea l'importanza del rispetto delle norme sulla velo
cità, dei limiti di alcol nel sangue, l'assunzione di medicinali e droghe, nonché le norme sulle cinture e i caschi, che sono prevalentemente di competenza degli Stati membri, ma per cui esiste urgente necessità di coordinamento e diffusione delle pratiche migliori; accoglie con speciale favore la raccomandazione della Commissione del 17 gennaio 2001 sul tas
...[+++]so massimo di alcolemia (TA) consentito per i conducenti di veicoli a motore in cui si propone un livello massimo di alcol di 0,5 mg/ml e invita con insistenza gli Stati membri ad adottare questo massimale; incita gli Stati membri ad applicare rapidamente la raccomandazione della Commissione del 6 aprile 2004 sull'applicazione della normativa nel campo della sicurezza stradale ; invita la Commissione a controllare l'applicazione di quest'ultima raccomandazione e, ove necessario, a sostenere gli Stati membri che non riescono ad applicarla; invita la Commissione a riferire, nella relazione intermediaria sul programma d'azione, sul livello di applicazione; chiede inoltre alla Commissione che, in base ai risultati di tale valutazione, proponga le necessarie misure legislative a carattere obbligatorio negli ambiti della limitazione della velocità, dei livelli massimi di alcol (seguendo le raccomandazioni del Parlamento europeo: 0,5 mg/ml per gli adulti e 0,2 mg/ml per i neopatentati) nonché dell'uso delle cinture di sicurezza; 21. wijst erop dat het toezien op de naleving van de bestaande regels van het wegverkeer zou leiden tot een aanzienlijke verbetering van de verkeersveiligheid, aangezien de meeste ongevallen het gevolg zijn van het niet naleven van de verkeersregels; onderstreept met name het belang van de naleving van de snelheidsbeperkin
gen en grenswaarden voor de percentages van alcohol, geneesmiddelen en drugs in het bloed, alsmede van de regels inzake het gebruik van veiligheidsgordels en helmen; constateert dat deze vooral onder de bevoegdheid van de lidstaten vallen, maar dat hiervoo
...[+++]r coördinatie en de verspreiding van beste werkwijzen dringend noodzakelijk zijn; is vooral verheugd over de Aanbeveling van de Commissie van 17 januari 2001 betreffende de maximaal toegestane alcoholconcentratie in het bloed bij bestuurders van motorvoertuigen , waarin een maximum alcoholpercentage van 0,5 mg/l wordt voorgesteld, en verzoekt alle lidstaten deze maximumgrens over te nemen; verzoekt de lidstaten om de aanbeveling van de Commissie van 6 april 2004 inzake handhaving uit te voeren; verzoekt de Commissie om toezicht te houden op de tenuitvoerlegging van deze aanbeveling en, indien nodig, steun aan de lidstaten te verlenen die er niet in slagen de aanbeveling ten uitvoer te leggen; verzoekt de Commissie tijdens haar tussentijdse evaluatie van het actieprogramma verslag over de mate van tenuitvoerlegging uit te brengen; dringt er bij de Commissie, in het licht van bovengenoemde beoordeling, ook op aan de noodzakelijke bindende wetgevingsmaatregelen betreffende maximum alcoholpercentages (in overeenstemming met de aanbeveling van het Europees Parlement van 0,5 mg/ml voor volwassenen en 0,2 mg/ml voor onervaren bestuurders) en het dragen van de veiligheidsgordel, voor te stellen;