(5) Overeenkomstig de artikelen 2 en 3 van het VEU, de artikelen 8, 10, 18 en 19 van het VWEU en artikel 21 van het Handvest dient de Unie effectieve maat
regelen te nemen om discriminatie op welke grond dan ook te bestrijden, bijvoorbeeld op
grond van geslacht, ras of etnische afkomst, taal, nationaliteit of het behoren tot een nationale minderheid, godsdie
nst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele gerichtheid, en gelijkheid van mannen en vrouwen alsook de bescherming van de rechten va
...[+++]n personen met een handicap te waarborgen, hetgeen een verplichting is die voortvloeit uit de toetreding van de Unie tot het Verdrag van de Verenigde Naties inzake de rechten van personen met een handicap.
(5) Pursuant to Articles 2 and 3 TEU, Articles 8, 10, 18 and 19 TFEU and Article 21 of the Charter, the Union should take effective action to combat discrimination based on any grounds such as sex, gender identity, racial or ethnic origin, language, nationality or membership of a national minority, religion or belief, disability, age or sexual orientation and ensure equality between women and men, as well as the protection of the rights of persons with disabilities as an obligation derived from the accession of the Union to the UN Convention on the rights of persons with disabilities.