10. richiama l'attenzione sul fatto che il lavoro a tempo parziale (modalità che nel 2010 rappresentava il 19,2% dell'occupazione totale nell'UE) è tuttora un tipo di occupazione essenzialmente femminile: rileva che nel 2010 nel
l'UE il 31,9% della forza lavoro femminile era occupato a tempo parziale, a fronte del solo 8,7% della popolazione maschile, il che significa che il 78% del lavoro a tempo parziale è svolto da donne; segnala che complessivamente nell'UE il 19% delle donne e il 7% degli uomini lavorano a tempo parziale ridotto (meno di 20 ore a settimana), modalità lavorativa che per la fascia d'età compresa tra i 35 e i 49 anni v
...[+++]ede solo il 3% degli uomini rispetto al 18% delle donne; sottolinea altresì che gli impieghi a tempo parziale si registrano soprattutto in settori specifici, con più del 38% di lavoratori a tempo parziale, sia ridotto che sostanziale (ossia tra le 20 e le 34 ore a settimana), occupati nei settori dell'istruzione, della sanità, dei servizi sociali e di altri servizi, nonché nel settore della vendita al dettaglio e all'ingrosso; 10. vestigt de aandacht op het feit dat deeltijds werk (19,2% van de totale werkgelegenheid in de EU in 2010) een hoofdzakelijk vrouwelijke aangelegenheid blijft: wijst erop dat in 2010 werkte 31,9% van de vr
ouwelijke actieve bevolking in de EU deeltijds, ten opzichte van slechts 8,7% van de mannelijke bevolking, wat betekent dat 78% van het deeltijds werk wordt uitgevoerd door vrouwen; wijst erop dat in de EU als geheel 19% van de vrouwen en 7% van de mannen „korte” deeltijduren werken (minder dan 20 uur per week), en dat slechts 3% van de mannen tussen 35 en 49 hetzelfde doen, terwijl dat voor vrouwen is dezelfde leeftijdsgroep 18% is
...[+++]; wijst tevens op het feit dat het meeste deeltijdwerk in specifieke sectoren gevonden kan worden, met meer dan 38% deeltijdwerkers, zowel „kort” als „substantieel” (d.w.z. tussen de 20 en 34 uur per week) werkzaam in het onderwijs, de medische en sociale dienstverlening, overige vormen van dienstverlening of het winkelwezen en de groothandel;