Per i cittadini degli Stati membri i cui diplomi, certificati e altri titoli nel settore oggetto della presente direttiva non rispondono alle denominazioni riportate per tale Stato membro dalla presente direttiva, ogni Stato membro riconosce come prova sufficiente i diplomi, i certificati e gli altri titoli rilasciati da tali Stati membri, corredati di un certificato rilasciato dalle loro autorità o enti competenti.
Iedere lidstaat erkent ten aanzien van onderdanen van lidstaten van wie de diploma's, certificaten en andere titels op het gebied dat onder deze richtlijn valt niet overeenstemmen met de voor de betrokken lidstaat in deze richtlijn opgenomen benamingen, de door de betrokken lidstaat afgegeven diploma's, certificaten en andere titels als genoegzaam bewijs, mits zij vergezeld gaan van een verklaring van de bevoegde autoriteiten of instanties van de betrokken lidstaat.